Kurdish MattersNieuwe site! Volg me tijdens mijn werk aan mijn boek over de Koerdische kwestie: www.KurdishMatters.com

De overgave van een groep van 34 mannen, vrouwen en kinderen – deels PKK-leden, deels inwoners van een vluchtelingenkamp voor Turkse Koerden in Noord-Irak – was het eerste zichtbare resultaat van het in de zomer gelanceerde ‘Koerdisch initiatief’ van de regering. Door deze ‘vredesgroep’ (zoals de PKK het noemt) naar Turkije te sturen, wil de PKK haar steun betuigen aan het regeringsinitiatief. Het levert al de hele week vette krantenkoppen op. Er is bijvoorbeeld veel kritiek op de duizenden mensen die naar de Iraaks-Turkse grens kwamen om de groep van 34 te verwelkomen, en op de warme ontvangst die de groep daarna kreeg in Diyarbakir, de grootste stad in het zuidoosten. Premier Erdogan noemde het een ‘provocatie’, en veel Turken denken daar net zo over – niet zo verwonderlijk natuurlijk, want er werd flink gezwaaid met PKK-vlaggen en portretten van Öcalan, nog altijd Turkije’s staatsvijand nummer 1.

Het was natuurlijk een belangrijke ontwikkeling dat de groep van 34 naar Turkije kwam, maar laten we het ook even in perspectief zetten. Er was ook ander neiuws, nieuws dat maar weer eens duidelijk maakt hoeveel er nog moet gebeuren voor de Koerdische kwestie echt is opgelost, bijvoorbeeld op het gebied van vrijheid van meningsuiting, rechtsgelijkheid en persvrijheid. Het Europese Hof voor de Rechten van de Mens oordeelde deze week in het voordeel van verschillende kranten die een publicatieverbod van een maand opgelegd hadden gekregen. Allemaal Koerdische kranten, en ze kregen dat verbod bijvoorbeeld om de manier waarop ze berichtten over het Koerdische initiatief. Het Hof heeft nu bepaald dat dat in stridj was met de vrijheid van meningsuiting.

Ik wil ook graag even het lot van Hacer Aar aankaarten. Ze is lid van Moeders voor Vrede en zit al een half jaar in het gevang. Moeders voor Vrede is een associatie van familieleden van slachtoffers van mensenrechtenschendingen en verdwijningen, vooral in het Koerdische zuidoosten. Aar zit gevangen in Istanbul zonder dat er een veroordeling is, of zelfs maar een aanklacht, en haar advocaat heeft nog altijd geen inzage in haar juridische dossier.

En misschien realiseert niet iedereen het zich, maar er loopt nogaltijd een rechtszaak tegen de pro-Koerdische partij de DTP, die volgens de openbaar aanklager verboden moet worden. Het proces loopt al zowat twee jaar. Deze week besloot de aanklager bovendien een extra onderzoek naar de DTP te starten: tijdens de demonstraties en toespraken rondom de ‘groep van 34’ zouden er allerlei dingen zijn gezegd die tegen de Turkse grondwet ingaan.

De rechterlijke macht is één van de instituten die niet echt betrokken is bij het Koerdische initiatief, zoals bijvoorbeeld het leger. Je kunt natuurlijk zeggen dat de rechterlijke macht gewoon onafhankelijk de wetten moet volgen die politici maken, maar het punt is, in Turkije is de rechterlijke macht niet onafhankelijk. Mensen die morrelen aan de staatswaarheden worden worden zonder pardon vervolgd op basis van wetsartikelen tegen ‘het mensen tegen elkaar opzetten’ of ‘propaganda maken voor een terroristische organisatie’, terwijl onomwonden haatsprekerij van nationalisten vrijwel altijd ongestraft blijft.

Voor het leger geldt natuurlijk ook dat ze geen politieke macht zouden moeten zijn, zoals hier wel het geval is. Maar het leger en de regering schuiven wel op regelmatige basis bij elkaar aan om (onder andere) het Koerdische initiatief te bespreken, en het leger staat ook – morrend – achter het proces. Inmiddels wordt geopperd ook de belangrijskte oppositiepartijen bij dit overleg te betrekken. Maar de rechterlijke macht, die blijft er buiten. Hoe gaan zij zich aanpassen aan een samenleving waarin de Koerdische kwestie – hopelijk – langzaamaan wordt opgelost?

No Comments »

Leave a Reply

 tekens beschikbaar

Snel