Er is een flinke verandering doorgevoerd in het Turkse onderwijssysteem, en dat zonder dat er een wet aan te pas kwam: de YÖK (Raad voor het Hoger Onderwijs) heeft besloten dat gediplomeerden van beroepsscholen voor middelbaar onderwijs dezelfde kans hebben om naar de universiteit te kunnen als gediplomeerden van algemene middelbare scholen. Tot nu toe werden de ÖSS-resultaten (zie daarover een eerder blogje) van scholieren van een beroepsschool anders gewogen, waardoor ze minder kans hadden op een plek aan de universiteit.
Onder ‘beroepsscholen’ vallen ook de zogeheten Imam Hatip-scholen, religieuze scholen die opleiden tot imam. Het wegingssysteem dat scholieren van beroepsscholen minder kans gaf, werd geïntroduceerd in 1997, nadat de islamitische regering van premier Erbakan door het leger werd gedwongen af te treden. Door de ÖSS-scores van álle scholieren van beroepsscholen anders te wegen, werd het ook de Imam Hatip-scholieren extra moeilijk gemaakt naar de universiteit te gaan, en dát was het doel: voorkomen dat religieus geïnteresseerde en geschoolde jongeren bijvoorbeeld politiek of rechten zouden gaan studeren en op den duur belangrijke posities in het staatsapparaat zouden kunnen innemen. Met andere woorden: het ÖSS-scoresysteem werd ingezet om te voorkomen dat Turkije een islamitische staat zou worden.
De YÖK is altijd (sinds haar oprichting begin jaren tachtig, na de staatsgreep van 1980) een strikt seculier instituut geweest. Sinds de AKP aan de macht is, komt daar langzaam verandering in en zijn er meer pro-AKP’ers benoemd in de raad. Ook de voorzitter komt uit de AKP-achterban. En dus was het nu mogelijk de regels uit 1997 te veranderen en alle scholieren gelijke kansen te geven. Strikte secularisten bekritiseren de aanpassing van de regels scherp: volgens hen is dit weer een stap richting de islamitische staat die de AKP zou willen stichten. Religieuzen en AKP-aanhangers (dat is geen 100% overlappende groep) zijn blij: de AKP belooft al jaren het systeem te veranderen en nu is het eindelijk zover. Volgens hen komt hiermee een eind aan discriminatie van scholieren die een beroepsopleiding hebben gedaan, en van discriminatie van Imam Hatip-scholieren in het bijzonder.
Is hiermee echt een einde gekomen aan discriminatie in het systeem? Me dunkt van niet: het is hooguit het einde van discriminatie tegen conservatief-religieuze jonge mannen. De meiden die van een Imam Hatip-school komen, dragen vrijwel allemaal een hoofddoek, dus voor hen blijven universiteiten verboden gebied. Trouwens, het verbod op hoofddoeken op de universiteit stamt uit dezelfde tijd als het ÖSS-wegingssysteem dat nu is afgeschaft, eind jaren negentig dus. Ik zou zeggen, als je echt van discriminatie afwilt, geef dan beide sexen gelijke kansen en schaf dat hoofddoekverbod af.
Aan de andere kant: wat doen meisjes sowieso op een school die bedoeld is om imams op te leiden? Imam is immers een mannenberoep. Veel jongens op een Imam Hatip-school willen ook helemaal geen imam worden – en da’s maar goed ook, want er komen jaarlijks pakweg een half miljoen jongelui van deze school, waarvan ongeveer de helft jongens, terwijl er jaarlijks nog geen 3000 nieuwe imams nodig zijn. Volgens een onderzoek gaat meer dan zeventig procent van de Imam Hatip-scholieren naar zo’n school om meer te weten te komen over religie en wil slechts negen procent imam worden.
De religieuze scholen werden eind jaren veertig van de vorige eeuw gesticht om moderne imams op te leiden, maar een onderzoek laat zien dat de jongens daar alles behalve modern denken. Zo is 19% van de mannelijke leerlingen met eens met de stelling dat vrouwen zouden moeten werken, vindt slechts 16% dat vrouwen alleen mogen reizen, vindt 83% dat vrouwen thuis horen en 60% dat vrouwen hun mening alleen met hun echtgenoot mogen delen. En deze jonge mannen klagen over discriminatie omdat ze niet naar de universiteit kunnen? Mannen die het hun vrouw niet eens zouden toestaan alleen te reizen of hun mening vrijuit te uiten?
Natuurlijk, jongeren die naar een Imam Hatip-school gaan, komen doorgaans uit conservatief-religieuze families: zij willen onderwijs dat bij hun religie aansluit en waar jongens en meisjes gescheiden worden. Dus het conservatisme van die jongens kun je niet puur de school kwalijk nemen. Maar de vraag blijft: moet de staat onderwijs bieden waar mannen en vrouwen gescheiden worden en het onderwijs in zichzelf conservatief is? Misschien moeten Imam Hatip-scholen wel helemaal niet in de categorie ‘beroepsopleiding’ vallen, en alleen toegankelijk zijn voor hen die een carrière willen als imam, zoals oorspronkelijk bedoeld (en zoek dan meteen even een manier om de visies van het manvolk wat te moderniseren). Maar zo’n stap is ondenkbaar voor een AKP-regering, of voor een YÖK dat wordt geleid door een man uit AKP-gelederen.
Conclusie: het zal nog wel even duren voor er werkelijk korte meteen is gemaakt met discriminatie.
Laten ze eerst dat ÖSS-systeem eens afschaffen. Het is toch van den zotte dat je je kind, zelfs als het op een privéschool zit, ‘s avonds en/of in de weekeinden naar leshuizen moet sturen om te zorgen dat het slaagt voor een meerkeuze-examen, waar het dus niet gaat om het kunnen beredeneren van je antwoord, maar alleen om het zo snel mogelijk beantwoorden van de talloze vragen.
Dat mensen met een diploma van een imam-predikerlyceum niets op een academische opleiding te zoeken hebben, wordt wel duidelijk uit het lesprogramma: ruim de helft theologie, Arabisch, islamitisch recht, Koran etc., en nog een paar vakjes algemene ontwikkeling. (Zelfs op de meest behoudende scholen in Nederland wordt niet zoveel tijd besteed aan godsdienstige vakken.)
Het is een middelbare beroepsopleiding die voorbereidt op een hogere beroepsopleiding, en dat lijkt me goed zo. De vraag is alleen of je dat middels een weging van het ÖSS-examen zou moeten bewerkstelligen.